Het gebouw “De Maere” in Enschede, ooit gebouwd als “Hoogere Textielschool” om hoger- en middenkader voor de textielindustrie in Enschede en daarbuiten op te leiden, bestaat dit jaar 100 jaar. (zie www.demaere100.nl) Ter gelegenheid van dit eeuwfeest zijn wij in de historie van dit gebouw gedoken, wat ons bijzondere vondsten bracht. Zelfs over jazz…

Zo meende ene H.D. in de Almanak, uitgegeven ter gelegenheid van het 20-jarig bestaan van de E.H.T.S.V. ( de club van studenten aan De Maere) zijn mede Textilaten te moeten onderrichten in het begrip Jazz. Let wel: we spreken hier van 1939 en de schrijver was een lapjesboer in opleiding en geen musicus of historicus. Maar ik wil het de jazzliefhebber anno nu niet onthouden…

Iets over Jazz.
Bij het hooren van de naam ,,Jazz” ondergaan we ongetwijfeld een zekere gewaarwording: men krijgt visioenen van schetterende trompetten, klagende saxofoons, of iets dergelijks. De laatste jaren heeft men aan het woord “Jazz” een te wijde strekking gegeven door de aanwezigheid van de dans- of amusementsmuziek. Veel van deze muziek werd ten.onrechte met de naam Jazz betiteld. Wat is Jazz dan wel?

Allereerst: hoe komt men aan de naam? Hoogstwaarschijnlijk was het een uitroep, die de negers gebruikten om elkaar aan te moedigen. De muziek zelf kenmerkt zich: le door de z.gn. swing en 2e door de spontaniteit, de ongebondenheid. Dit kon dan in den beginne ook alleen door de negers worden voortgebracht, daar zij geen muziekgeschiedenis hebben en dus niet aan regels gebonden zijn. Een goede improvisatie is nog nooit op papier gezet en varieert dus oneindig bij denzelfden speler, dus met het innerlijk gemoed van dien speler. Het bezielende element is juist het mooie in de Jazz.

Dit alles is echter gebaseerd op de “Swing”. Swing is het element van de jazz-muziek. Het beteekent elasticiteit en veerkracht; er zit een stuwkracht in en is om zoo te zeggen de muziek in staat van wording. Wilt U zich overtuigen en z.g. ,,goede swing” beluisteren, vraagt U dan naar Brunswick A 5000368: Red Norvo’s “Ina mist”, een marimba-solo, of Colemans Hawkin’s “Heartbreak Blues” op Parlophone R 1766. Dan zult U het verschil merken tusschen de swing in de Jazz en het starre rhythme van de dansmuziek.

Daar de Jazz gevoelsmuziek – en dus levend is, werkt ze zeer sterk physiek. Vreugde en weemoed wisselen elkaar dikwijls af in één en dezelfde compositie. Vandaar dat de jazz-musici veel gebruik maken van z.gn. ,,bluesnoten”. Ook is de muziek vaak in mimeur gezet, daar de mineur-zetting zich uitstekend leent voor langzame en weemoedige muziek. Het mooiste voorbeeld hiervan is Duke Ellington’s: Black and Tan Fantasy”.

Maar ook de blanken verdienen hun sporen op jazzgebied. Het meerendeel van hen huist in Amerika, daar ze daar het directe contact hebben met de negers, en wij hier in Europa bijna uitsluitend zijn aangewezen op de gramofoopplaat: De blanke Jazz-koning is nog steeds Bennie Goodman, de ongeëvenaarde en overal geïmiteerde clarinettist. Bennie Goodman heeft de laatste Jaren in samenwerking met Teddy Wilmi (piano), Gene Krupa (drums) en Lionel Hampton (xylophone) een nieuwe stijl gecreëerd, die ontzettend veel opgang maakt en door een groot aantal bands wordt nagevolgd. Het overzichtelijkst kan men deze stijl beschouwen bij het luisteren naar hun opname op H.M.V.: ,,The man I love”.

Ook treedt de oude stijl, de z.gn. ,,Chicago-stijl” weer sterk op de voorgrond, maar tot nu toe is het aan geen blanke gelukt, om zich in die stijl in te leven, en kunnen we duidelijk het verschil hooren tusschen “origineel” en “copie”.

H.D.