Het schaadt muziekgroepen zelden, wanneer er een dirigentenwisseling plaatsvindt. Dat geldt voor zangverenigingen, maar ook voor orkesten. Zo maakte ook Dual City Concert Band een wisseling van de wacht mee en niets ten nadele van Rini Swinkels, maar de band klonk -met het “frisse bloed” van zijn opvolger Bert Pfeiffer toch beduidend anders.
Menig Bigband-dirigent is spaarzaam in zijn directiegebaren, maar Bert Pfeiffer pakte het anders aan en dit was simpelweg te horen. Zelfs de tutti-passages waren nog zonder gehoorbescherming te behappen, zoals bleek in Rob Pronks Man. Er passeerden heel wat voorgangers van Pfeiffer de revue, maar dan als arrangeur: de ‘nestor’ Jan Wessels in It could happen to you (het eerste stuk waarin de gastsolist Menno Daams schitterde), Johan Plomp in Darn that dream (ook al met solist) en Witchcraft (van Rob Horsting), eveneens verrijkt door het melodieuze trompetspel van Daams.
Dat deze begenadigde musicus nog meer kan dan trompetspelen, bleek uit het smaakvolle arrangement van Robot portrait van Quincy Jones, dat direct na de pauze klonk, ook al zo beschaafd. Direct daarna leverde de dirigent het bewijs dat hij componeren kan: het intens spannende 1936 A Spanish love affair verdient het om vaker te worden uitgevoerd. Natuurlijk was Daams niet de enige solist van de avond, want vrijwel elke sectie bracht een solist voor het voetlicht. Verrassend waren de bijdrage van de pianist en de slagwerker, die ik nog niet eerder zag bij Dual City, maar misschien heb ik niet goed opgelet.
Wat bij het oude is gebleven is de obligate toegift: Foot van John Clayton. DCCB: ga zo door!